Rechtzetting

Nee, ik haat niet zoveel als ik vanmorgen beweerde. En boos zijn duurt voor mij nooit lang. Het onkruid tussen de stoeptegels voor de deur doet me glimlachen. ‘Doorzetkruid’ zou een betere naam zijn, denk ik. Van mij mag het blijven staan. Het is niet gelogen dat ik niet dol ben op de ochtendtelevisieprogramma’s waar Robin naar kijkt. Tegelijk vind ik het zalig als ze als een lappenpop in de zetel hangt, haar haar in een rare ‘fwiet’ omhoog, haar bril een beetje te hoog op haar neus. Dat ze het nog lang mag volhouden dat ‘hangjongeren’ in onze woonkamer. Ik vind de merel in onze tuin – de bonzai-appeldief – best sympathiek. Hij doet aan hiphop-dansen. En hij heeft ook een vriendinnetje. Ze doen me aan Jip en Janneke denken. En zelfs de file haat ik niet. Het is een korte antropologische reis. Uit zelf gevoerd onderzoek blijkt dat het waar is dat meer mannen dan vrouwen neuspeuteren terwijl ze aanschuiven in de ochtendfile. Dat jonge vrouwen in grote auto’s ongeduldiger zijn en vaker van baanvak wisselen dan nodig. Want na meer dan een uur kuitspieroefeningen – hebben filerijders een meer ontwikkelde ontkoppelingspier? – sta ik aan het laatste rode licht vaak naast de auto die samen met mij dichtbij huis de tunnel in reed. Op de radio hoor ik dat vrouwen in China binnenkort weer 2 kinderen mogen in plaats van ééntje. Er is dus ook goed nieuws als ik het maar wil horen. Tevreden kijk ik naar m’n duizend-dingen-doen-lijstje. Stel je voor dat ik dat niet had, dan had ik misschien ook weinig om naar uit te kijken. De komende maanden zien er druk en veelbelovend uit. Met winteruur of zonder, ik kijk ernaar uit. De kaarsen op de schouw maken een feestelijk fijn rooksignaal dat zegt: ‘Ditte, de winter wordt supergezellig’. En ik blaas ze pas uit als ik laat ga slapen. Ik droom van Anne-Catherine en Hille. Ze hangen kleurige wimpels op. Er is ook muziek. Het is in een supermarkt waar een kassierster die ik herken me begroet en vraagt hoe het met me gaat: “Goed hoor, prima. En met u?” antwoord ik ”Moet u nog lang werken vandaag? Dan wens ik u nog goede moed en weinig mopperaars aan uw kassa. En… voor straks een fijn weekend!”